Nieuwe EU drone regels 2021

03-12-2020

Nadat de ingang van de aankomende Europese wet- en regelgeving voor drones in april van dit jaar nog werd uitgesteld, staan we nu aan de vooravond van de langverwachte intreding van de nieuwe drone regels. Waar tot 31 december 2020 het onderscheid met name gemaakt wordt tussen commercieel en niet-commercieel gebruik van drones, is de aankomende drone wetgeving gebaseerd op het risicoprofiel van een vlucht. Het huidige ROC en ROC-Light zal daarmee dan ook verdwijnen uit de drone wetgeving en vervangen worden door de nieuwe regels.

Verplichte registratie

Iedereen die na 31 december wilt vliegen met een drone zwaarder dan 250 gram, of met een camera, dient zich als persoon of organisatie online te registreren bij het RDW. Na de registratie ontvang je van het RDW een uniek identificatienummer welke je altijd zichtbaar op de drone moet monteren door middel van bijvoorbeeld een sticker. Het unieke identificatienummer komt terecht in een Europese database zodat je in heel Europa kunt
vliegen. Houd er wel rekening mee dat de operator registratie alleen mogelijk is in het land waar je woonachtig bent.

CE-keurmerken

Waar drones in de huidige wetgeving ingeschreven moesten worden in het luchtvaartuigregister en in sommige gevallen moesten worden voorzien van een SBvL-keuring, worden de nieuwe drones voorzien van een speciaal drone CE-keurmerk. Op basis van, met name, het gewicht van de drone zijn zes verschillende klassen gecreëerd van C0 tot en met C6.

[Klik op de afbeelding om deze te maximaliseren]
Alle informatie over nieuwe regels en wetgeving voor DJI drones met camera 2021
[Klik op de afbeelding om deze te maximaliseren]

Drie categorieën

De nieuwe drone regels zijn gebaseerd op basis van het risicoprofiel van een vlucht. Het onderscheid wordt gekenmerkt door drie categorieën; Open-categorie, Specifieke-categorie en de Gecertificeerde-categorie.

Open-categorie

De Open-categorie is de categorie waarin vluchten vallen die gekenmerkt worden door het laagste risicoprofiel. Vrijwel alle hobby vliegers en huidig ROC-Light houders zullen vanaf 31 december terecht komen in deze Open-categorie. In de Open-categorie gelden een aantal algemene regels. Daarnaast gelden er afhankelijk van het gewicht van de drone, een aantal bijkomende regels. Deze regels zijn verbonden aan de drie subcategorieën A1, A2 en A3.

Algemene regels

De Europese dronewetgeving versoepelt de regels voor wat betreft de maximale hoogte en afstand. Ten opzichte van het huidige ROC-Light wordt de maximale hoogte verhoogd van 50 meter naar 120 meter. Als piloot is en blijft het verplicht om de drone in het zicht te houden, echter vervalt in de nieuwe wetgeving de maximale afstand. Verder wordt van de piloot verwacht dat hij of zij op veilige afstand van mensen blijft en niet over mensenmenigte heen
vliegt. Daarnaast verleent een dronepiloot altijd voorrang aan het overig luchtverkeer en mag er niet gevlogen worden in de aangegeven no-fly zones.

Subcategorie A1

In deze subcategorie vallen de drones met een CE-keurmerk C0 (tot 250 gram) of C1 (tot 900 gram). In afwachting van deze CE-keurmerken is het toegestaan om tot 1 januari 2023 met huidige drones tot 500 gram te vliegen in subcategorie A1. Deze subcategorie wordt geclassificeerd als zeer laag risico, het is daarom toegestaan om over mensen (geen menigte) te vliegen.

Subcategorie A2

Deze subcategorie wordt geclassificeerd als de subcategorie met het hoogste risicoprofiel. Drones met een CE-keurmerk C2 (tot 4 kilogram) vallen in de subcategorie A2. Met dit type drone dien je minimaal 30 meter afstand te bewaren tot mensen tenzij je langzamer vliegt dan 3 m/s, dan mag de afstand verkort worden tot 5 meter. In deze subcategorie vallen ook de huidige drones zonder CE-keurmerk vanaf 500 gram tot 2 kilogram, je dient echter in plaats van 30 meter wel 50 meter afstand te houden tot personen.

Subcategorie A3

Subcategorie A3 heeft dezelfde risicokwalificatie als subcategorie A1, namelijk een laag risicoprofiel. In deze subcategorie dien je wel minimaal 150 meter afstand te houden tot bebouwing, industrie en recreatiegebieden. De afstand tot mensen dient gelijk te zijn aan de vlieghoogte waarbij 30 meter de minimale afstand is. In deze subcategorie mag je vliegen met drones met CE-keurmerk C2 (tot 4 kilogram), C3/C4 (tot 25 kilogram). Ook de huidige drones zonder CE-keurmerk vanaf 2 kilogram tot 25 kilogram vallen in deze subcategorie.

Het Europees Dronebewijs

Om als piloot straks te vliegen in de Open-categorie is het verplicht om het Europees erkende Dronebewijs te halen. Voor de subcategorieën A1 en A3 dien je hiervoor een (online) opleiding en theorie-examen af te leggen. Wil je in subcategorie A2 vliegen, dan komt hier een aanvullend theoriegedeelte + examen bij en dien je tevens een zelf verklaring voor wat betreft de praktijk in te dienen. Na het behalen van de opleidingen vraag je het officiële Europees erkende Dronebewijs aan bij het RDW.

DronePilot Basic Light

De DronePilot Basic Light opleiding is de opleiding dat leidt tot het Europees Dronebewijs voor subcategorie A1/A3. De opleiding is online en bestaat uit 9 onderwerpen zoals bijvoorbeeld veiligheid van het luchtverkeer, vluchtprincipes, privacy en verzekeringen. De onderwerpen worden ondersteund door middel van filmpjes en afbeeldingen. De opleiding wordt afgesloten met een onlinetheorie-examen van 40 vragen waarvan je minimaal 30 vragen goed moet beantwoorden om je officiële Europees erkende Dronebewijs aan te vragen bij het RDW, deze blijft vijf jaar geldig.

DronePilot Basic

De DronePilot Basic opleiding is de opleiding dat leidt tot het Europees Dronebewijs voor subcategorie A1/A2/A3. De opleiding is online en bestaat uit 11 onderwerpen zoals bijvoorbeeld veiligheid van het luchtverkeer, vluchtprincipes, privacy, verzekeringen, meteorologie en operationele procedures. De onderwerpen worden ondersteund door middel van filmpjes en afbeeldingen. De opleiding wordt afgesloten met een onlinetheorieexamen
van 40 vragen waarvan je minimaal 30 vragen goed moet beantwoorden en een aanvullend theorie-examen van 30 vragen. Naast deze twee certificaten dien je bij de aanvraag van de Europees erkende Dronebewijzen bij het RDW te verklaren dat je de praktische zelfopleiding hebt volbracht.

Specifieke-categorie

Valt het risicoprofiel van de vlucht buiten de kaders van de Open-categorie dan valt de vlucht binnen de Specifieke-categorie. Om te mogen vliegen in deze categorie heb je toestemming nodig van het ILT (Inspectie, Leefomgeving en Transport). Het is op drie manieren mogelijk om toestemming te krijgen:

  1. Het indienen van declaratie volgens een Standaard Scenario (STS)
  2. Het krijgen van een vergunning voor een bepaald type vlucht door het indienen van een Specific Operations Risk Analysis (SORA)
  3. Het behalen van een Light UAS Operator Certificate (LUC)

Deze drie opties geldt voor de operators. De piloot dient te beschikken over een theoretische praktijkdiploma afgegeven door een erkend opleidingsinstituut. De inhoud van de theorie is daarbij afhankelijk van de benodigde kennis volgens het Standaard Scenario.

Gecertificeerde-categorie

In de Gecertificeerde-categorie vallen de vluchten welke buiten de limieten van de Specifiekecategorie vallen. Dit zijn vluchten met onbemande luchtvaartuigen groter dan drie meter boven mensenmenigte, of vluchten waarbij mensen of gevaarlijke goederen worden vervoerd. De eisen aan het vliegen in de Gecertificeerde-categorie zijn vergelijkbaar met die van de bemande luchtvaart.

Overgangsregeling

Vanaf 31 december zullen de huidige drone regels vervallen en zullen de nieuwe EU-regels in gaan. Na 31 december heeft u als huidig certificaathouder een jaar de tijd om deze om te zetten naar de Europese variant. Belangrijk is wel dat alle certificaathouders zich voor 31 december bij het RDW registreren als operator, vanaf dit moment zal het ILT alle eerdere PH registraties ongedaan maken.

Meer informatie en de opleidingen vind je op: https://www.droneflightacademy.eu/

 

Opmerkingen

Geen berichten gevonden

Reageren